De voormalige korenmolen had een houten naambord met toepasselijke beschildering.
Bron: "Volkskunst in de Lage Landen" deel 2, Dr. Tj.W.R. de Haan, 1965. Verzameling H. van der Kaay.
Op 28 april 1713 kocht Aukje Jans te Sneek voor 4200 goudgl. van hopman Romke Seilstra aldaar op afbraak een dubbele oliemolen, waarin een peldegarstmolen met zifterij en waaierij, buiten de Noorderpoort aan de Franekervaart.
Bron: Stads- en Dorpskroniek van Friesland I, (1700-1800) door Dr. G.A. Wumkes, W.A.Eisma Cz, Leeuwarden, 1930.
Tresoar, Nedergerecht Sneek (archiefnr. 13-35), inv.nr. 193, fol. 16v.
De hier vermelde verkoop in 1713 slaat op de oliemolen de Monnik (dbnr. 1275), want het floreenkohier van 1700 zegt dat de oliemolen van Jan Romkes de tweede buiten de Noorderpoort van Sneek was.
Dick Bunskoeke, 31 jan. 2021.
-----
In 1833 nam Antonie Veen (handel in koloniale waren) de ene helft van de molen over en in 1846 de andere helft. Sindsdien is er veel cacao gemalen ten behoeve van de productie van chocolade in de Grote Kerkstraat.
De firma A. Veen heeft meer dan 100 jaar de molen in het bezit gehad. Er hoorde ook een grote cacaofabriek bij die aan de Grote Kerkstraat stond.
In 1801 verbood het stadsbestuur omwille van molens om met schepen en jachten te zeilen tot voorbij de laatste molen. Op overtreding van het verbod stond een boete van zes gulden (drie voor de aanbrenger en drie voor de armen). De oliemolen werd in mei 1907 verkocht aan S. Groninger, die de molen enkele jaren later liet afbreken. De onderbouw en de bijgebouwen werden gebruikt voor de veehouderij.
Bron: onbekend.
-----
Nieuwsblad van Friesland, 10 aug. 1907:
"Afloop verkoopingen.
Sneek, 5 Augs. De oudste windoliemolen alhier, de Monnik, eigen aan de firma Veen & Co., staande aan de Franekervaart, is met schiphuis gisterenavond bij publieke veiling verkocht aan den heer Wieringa aardappelhandelaar alhier, voor ƒ 1698.
De knechtswoningen, verdere bijgebouwen en groententuin hebben met den molen opgebracht p.m. ƒ 8000. 't Slechte, in den herfst moeilijk begaanbaar pad, is de oorzaak dat al de perceelen zoo weinig hebben opgebracht."
nog waarneembaar
De gevelsteen was vroeger anders ingekleurd, de wieken hadden 2 rode en 2 witte zeilen. Sinds de steen gerestaureerd is, zijn alle zeilen rood geworden. De steen is moeilijk te vinden, in het steegje naast nr 29 geheel bovenaan onder de dakgoot zit de steen ingemetseld. Waarom hij daar zit is een raadsel, de woning moet wel van de firma Veen & co geweest zijn of van één van de firmanten. De molen heeft daar nooit gestaan.
J. Wouters, W.B. Wouters en J. Nijland, oliemolen De Munnik te Sneek, 1718-1907.
Bron: Uit de knipseldoos nr. 54, art door Popke Timmermans in De Utskoat nr. 96, dec. 1999.
-----
Deze molen is per 12 mei 1713 gekocht door Auke Jans van der Werff. Toen stond hij er dus al [ik kan helaas de verwijzing naar de akte niet meer vinden].
Van der Werff en ook zijn zoons Pyter en Jan Aukes van der Werff woonden aan het Grootzand. Dat was zeer waarschijnlijk het huis waar de gevelsteen zich in de zijgevel bevindt.
Achterkleinzoon (van Jurjen Nijland) Auke Jans van der Werff, overl. Sneek 1800, was nog steeds olieslager.
P.M. Kernkamp, 2 mei 2018.