Molen De Kat, Zaltbommel

geschiedenis

toestand

verdwenen

bouwjaar

1718

verdwenen

1928

1927 verbrand 1928 restant gesloopt

voorganger

Zaltbommel (De Kat)

geschiedenis

Zaltbommel heeft vroeger vier windmolens gehad.

De Grote stenen molen stond op het Oranjebolwerk nabij de Stadsdijk.
De kleine stenen molen stond op het einde van de Nonnenstraat aan de Binnengracht.

Op het bolwerk "De Kat" stonden twee houten standaardmolens.
In 1718 werden deze twee molens vervangen door één stenen. Precies 2 eeuwen zou deze molen het uithouden.

Amsterdamse courant, 2 november 1747:
De Wind-Koorn-Molen binnen Zalt Bommel, zal door de Eygenaers voor den tyd van 6 Jaeren, op Dingsdag den 14 November 1747, ten huvze van de Wed. vander Heyden aldaer Verpagt werden, om den eersten May 1748 te aenvaerden. Die inmiddels genegen is eenige onderrigtinge te hebben of de conditien te zien, addresseere zig by den heer Scholren van voorfz. stad

Amsterdamse courant, 24 juni 1749:
Op Donderdag den 17 July, zal ter Saltbommel ten huyze van D. van Kerkwyk verkogt werden, een WIND-KOORN-MOLEN met een Molenhuys, Hoff en Rosmolen, met al derzelver toebehooren, staende en geleegen tot Driel in den Bommelre-weerr, die veele jaeren agter een boven den last van 't onderhoud van 't lopende of gaende werk, en de ongelden als nog jaerlyks in pagt heeft gedaen vyf honderd guld., waer by nog gehoort het regt van de wind van een Molenplaets. daer een Molen gestaen heeft:
Alles breeder by de Conditie te vernemen, die kan gezien werden ten huyze van D. Rom te Bommel.

In 1918 werd de reeds geruime tijd niet meer gebruikte molen opgekocht door de scheepsbouwer J. Meijer voor de uitbreiding van zijn scheepswerf.

De laatste molenaar Rutgers had in 1895 achter zijn huis aan de molenwal een
maalderij laten bouwen, die gedreven werd door een petroleummotor en later door een elektromotor.

Gesloopt in 1928 na jaren onttakeld gestaan te hebben.

Informatie oa van: A. Wolters, 24 november 2005
Literatuur: Mr. Th. Thooft:. "De Molens te Zaltbommel en
hunne eigenaars in vroeger tijd" (1903)

nog waarneembaar

De baard bevindt zich in het Maarten van Rossummuseum te Zaltbommel.