Molen De Koe / De Oude Molen, Rotterdam, stadsdeel Noord (Heulbrug tot Schans 1)

Rotterdam, stadsdeel Noord (Heulbrug tot Schans 1), Zuid-Holland
v

korte karakteristiek

naam
De Koe / De Oude Molen
modeltype
Kantige molen, stellingmolen
functie
verfmolen, zaagmolen
bouwjaar
verdwenen
toestand
verdwenen
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt  
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt
Ten Bruggencate-nr.
01168 x
oude dbnr.
V2623
Meest recente aanpassing

locatie

plaats
Rotterdam, stadsdeel Noord (Heulbrug tot Schans 1)
plaatsaanduiding
Aan de noordzijde van de Schie, thans Stadhoudersweg.
gemeente
Rotterdam, Zuid-Holland
plaats(en) voorheen
Hillegersberg
streek
Rotterdam en omstreken
kadastrale aanduiding 1811-1832
Hillegersberg A (4) 1780 Abraham van Stolk & Zoonen, houtkoper
geo positie
X: 91539, Y: 438531
N: 51.93162, O: 4.46448

constructie

modeltype
Kantige molen, stellingmolen
krachtbron
wind
functie
romp
achtkante bovenkruier
plaats bediening
stellingmolen
bediening kruiwerk
buitenkruier
plaats kruiwerk
bovenkruier
afbeelding van onze ondersteuners

geschiedenis

toestand
verdwenen
bouwjaar
verdwenen
gesloopt
geschiedenis

In 1646 kreeg Jan Alexandersz de Nuyver uit Moordrecht toestemming tot "het stellen van een saechmolen langs de Schie". In 1649 verkocht hij een helft aan Leendert Maertensz Ocker. In 1675 werd de molen een "basylmolen" genoemd.

In 1727 kocht David van Stolk een stuk land groot 3 morgen ten oosten van de Schiekade van Willem van Loon voor "vijf en twintig Caroliguldens van veertigh grooten 't stuk den eigendom van een mout en verff wint molen, woonhuizen van stallinge gelegen zoo in de jurisdictie dezer stadt als in den ambagte van Cool". De vader van David Stolk, Jan Aryensz. van Stolk, was hoofdman van het Jozeph's of Timmermansgilde.

Op 17 augustus 1746 werd als eerste de achtkante molen De Koe aangekocht door David van Stolk, staande aan de noordzijde van de Schie, zijnde "de vierde molen aan de Heul". Oorspronkelijk was dit een verfmolen. Tien jaar later kochten de zonen van David van Stolk een tweede molen erbij, de 'Bartholomeus Everardus', gelegen op Bosland.

Molen De Koe onderging in de loop der jaren vele veranderingen. Op 20 oktober 1858 gaf Schieland verlof om van de windhoutzaagmolen een stoomhoutzaagmolen te maken. Vijftien jaar later mocht ter verbetering van De Koe de molenkade omgelegd worden, de ruimte diende voor een tweede ketelhuis.
Op 3 november 1921 gaven B en W vergunning om de fabriek om te bouwen tot het machinaal bewerken van hout, met vier elektromotoren tot het aandrijven van een cirkelzaag, schaafbanden en exhausters.

De latere firma Abraham van Stolk en Zonen, geleid door opvolgende generaties Stolken, groeide voorspoedig uit, zodat zij in 1819 de trotse eigenaresse was van zes windzaagmolens, waarvan er vijf aan de Schie stonden.
Dit waren: "De Bartholomeus Everardus", "De Steur", "De Koe", "De Jonge Abraham" en "De Vlaggeman". De zesde molen, "De Notenboom", stond te Oostzaandam.
Daarnaast bezat de onderneming tal van houtwerven en houtloodsen.

In 1803 verrees een derde molen aan de Schie, De Steur, en vlak erna De Vlaggeman
In 1821 kwam de Jonge Herman erbij
In 1839 werd De Barg aangekocht
In 1851 werd De Gravenlust aangekocht
In 1861 kwam molen De Zwaan erbij.
In 1862 werd De Pelmolen aangekocht en
In 1864 molen De Mol.
In 1880 werd van de erven Van Vollenhoven gekocht de oude paltrok De Haan, gelegen buiten de Delftsepoort aan de Schiekade.
Op 24 mei 1917 kwam molen zaagmolen De Adelaar/de Gele molen in eigendom van de firma Stolk en Zonen.

aanvullingen

trivia

Gedichtje over de molens aan de Schie, met de juiste volgorde:

De Mol is mij ontkropen;
De Leeuw in 't groene woud.
De Abram mag het hopen,
Dat hij wordt opgebouwd.
De Koe, die staat te loeien,
De Barg staat aan haar zij;
Het Haantje staat te kraaien,
De Vlaggeman staat erbij.