Molen De Rob, Wormer

Wormer, Noord-Holland
v

korte karakteristiek

naam
De Rob
modeltype
Kantige molen, stellingmolen
functie
oliemolen, verfmolen
bouwjaar
verdwenen
toestand
verdwenen
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt  
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt
Ten Bruggencate-nr.
01107 a
oude dbnr.
V4396
Meest recente aanpassing

locatie

plaats
Wormer
plaatsaanduiding
aan en beoosten de Westerveersloot, op de kruising met de Dircksloot
gemeente
Wormerland, Noord-Holland
streek
Zaanstreek
kadastrale aanduiding 1811-1832
Wormer en Engewormer F (2) 388 Erve Klaas Kuiper
geo positie
X: 116041, Y: 500900
N: 52.49442, O: 4.81355

constructie

modeltype
Kantige molen, stellingmolen
krachtbron
wind
functie
romp
achtkante bovenkruier
plaats bediening
stellingmolen
bediening kruiwerk
plaats kruiwerk
bovenkruier
afbeelding van onze ondersteuners

geschiedenis

toestand
verdwenen
bouwjaar
verdwenen
verbrand
geschiedenis
Van de als oliemolen gebouwde Rob is het bouwjaar niet bekend. Het gaat vermoedelijk om een vrij oude molen. Voor de bouw van de Rob is gebruik gemaakt van een zeer grote watermolen, waarschijnlijk afkomstig uit de noord. De molen was zo groot, schrijft Gerrit Husslage, dat ze hem zonder onderachtkant hadden geplaatst en nadat er een stelling omheen was gebouwd had de Rob nog steeds een vlucht van zo'n 80 voet (+/- 24 meter).
De Rob wordt voor het eerst aangetroffen in 1655, wanneer Cornelis en Jacob Michielsen, de helft van de molen, met huis en erf, kochten van Arijan Jansz., voor een bedrag van Fl.875,-. In 1709/1710 is de Rob leeg gesloopt en ingericht als verfmolen. Als zodanig wordt de molen op 9 januari 1712 tegen brand verzekerd door Hendrick Ronks. Niet lang hierna wordt de molen het eigendom van Klaas Kuijper, die op dat moment ook eigenaar is van de verfmolen “de Uil”. Als op 3 januari 1739 het “vorff- en snuyfcontract” wordt opgericht, laat Kuijper zijn beide molens hierin verzekeren. De verzekerde waarde van de Rob bedroeg Fl.1700,-, die van de Uil was Fl.1300,-.
Ongeveer rond het jaar 1746 komen beide molens onder het beheer van de firma Cornelis Kuijper & Zoon.
In de daarop volgende jaren wordt het molenbezit van de firma Kuijper behoorlijk uitgebreid. In 1774 kocht men de verfmolen “de Snijder”, niet lang daarna wordt “de Jonge Kuiper” hun eigendom. Nog weer later worden de verfmolen “de Beer” en “de Bootsmansmaat” aan het bezit van fa. Kuijper toegevoegd. Al deze verfmolens waren gelegen in Wormer, waarom de concentratie van deze bedrijfstak hier zo hoog was blijft vooralsnog onduidelijk.
De laatste Kuijper die de firma gaande hield was Cornelis Kuijper, die in 1802 was geboren in Wormer. In 1834 koopt hij de Zaandijker verfmolen “de Valk”, hiermee kan worden gesteld dat de firma Kuijper beslist de grootste verfproducent was op dat moment. Waarschijnlijk beseft hij dat zelf ook en gaat hij op zoek naar een nieuwe uitdaging. Op 1 juni 1838 verkocht hij zijn gehele verfzaak aan drie van zijn kantoorbedienden, dit waren Pieter Haremaker, Rens de Graaf en Dirk Buys Cz.. Cornelis Kuijper richtte zijn pijlen toen op de opkomende textiel industrie in Twente. In 1845 overleed Kuijper nadat hij door een ongeluk zijn been had gebroken.
De nieuwe onderneming die in 1838 was gesticht, firma Haremaker de Graaf & Comp., valt in 1851 uit elkaar. Wie nu de Rob kreeg toegewezen is mij niet bekend. Vanaf 1867 maalt de Rob zijn verfstoffen voor de Firma Latenstein, welke in dat jaar werd opgericht door Arend Latenstein Pzn. Naast de Rob neemt Latenstein ook de verfmolens “de Uil” en “de Snijder” over van de firma Haremaker, Buys & Cie. Voor de firma Latenstein blijft de Rob tot zijn einde verfstoffen malen. Het einde van deze verfmolen komt in de ochtend van 6 juli 1888. De molen raakte waarschijnlijk door het heetlopen van de as in brand en werd totaal verwoest. De molen zou nog te redden zijn geweest, als de Wormer brandweerlieden de slangen van de brandspuit niet hadden vergeten. Na lang zoek vond men de slangen in een bedstee van één der spuitgasten, toen deze bij de brand waren gebracht, was het niet meer mogelijk om de Rob te blussen. Alleen een gedeelte van het schurencomplex van de Rob bleef behouden.
Meesterknecht Jacob Leeuwerink kwam na de brand te werken op de verfmolen “de Uil”.
De firma Latenstein was niet erg gelukkig met haar molens. Alle vier de verfmolens van deze firma brandden binnen een tijdsbestek van twintig jaar af. Na de brand van de laatste molen, “de Valk” te Zaandijk, kocht Latenstein de Oostzaandammer oliemolen “de Zon” die was gelegen aan de Kalverringdijk. De molen werd gesloopt en in de schuur van de Zon werd een ertsmalerij ingericht. De firma Latenstein heeft tot het begin van de jaren tachtig gehandeld in droge verfstoffen en is daarna geliquideerd.
Het land waar de Rob heeft gestaan is tot op de dag van vandaag onbebouwd gebleven, dit heeft ongetwijfeld te maken met de grondstoffen die in het verleden met de molen zijn vermalen.

Bronnen:
- “Windmolens” G. Husslage 1965 blz. 101
- “de Zaende” 4e jaargang 1949 blz. 48
- “Drie eeuwen verf” Mr. D. Vis 1943 blz. 66-67/74-76
- “Uit de geschiedenis van Wormer” G. Mol 1966 blz. 212
- “Duizend Zaanse molens” P. Boorsma 1968 blz. 190
- “de Windbrief” 27e jaargang 1998 nr.105 artikel R. Couwenhoven over De Valk (uitg. Ver. De Zaanse Molen)
F. Rol.

aanvullingen

trivia
Oliemolen, later verfmolen "de Rob", achtkante bovenkruier met schuren, te Wormer aan en beoosten de Westerveersloot (welke evenwijdig loopt aan de Zaandammerstraat) aan de kruising met de Dircksloot. Bouwjaar onbekend, verbrand in 1888.
-----

Volgens het kadaster 1811-1832 heette de molen De Bul.