Molen Het Jonge Vool, Wormerveer

Wormerveer, Noord-Holland
v

korte karakteristiek

naam
Het Jonge Vool
modeltype
Kantige molen, stellingmolen
functie
oliemolen, pelmolen
bouwjaar
verdwenen
toestand
verdwenen
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt  
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt
Ten Bruggencate-nr.
01064
oude dbnr.
V2983
Meest recente aanpassing
media-bestand
Molen 01064 Het Jonge Vool (Wormerveer)
Foto: n.n.

locatie

plaats
Wormerveer
plaatsaanduiding
aan de Zaan en de weg, iets ten noorden van de grens met Zaandijk, 3e vanaf het Z
gemeente
Zaanstad, Noord-Holland
streek
Zaanstreek
kadastrale aanduiding 1811-1832
Wormerveer B (1) 469 Aaltje Vas, wed. D. Visser
geo positie
X: 115826, Y: 499757
N: 52.48413, O: 4.81051

constructie

modeltype
Kantige molen, stellingmolen
krachtbron
wind
functie
romp
achtkante bovenkruier
plaats bediening
stellingmolen
bediening kruiwerk
buitenkruier
plaats kruiwerk
bovenkruier
afbeelding van onze ondersteuners

geschiedenis

toestand
verdwenen
bouwjaar
verdwenen
verbrand
geschiedenis
Het Jonge Vool werd in 1649 gebouwd als enkelwerks oliemolen. Zijn windbrief werd op 14 mei 1649 uitgereikt aan Dirck Jansz. Ghijsen en Jan Maesz. Beeckman. Dirck Ghijsen was toen al eigenaar van de noordelijker gelegen oliemolen "het Witte Paard" en bezat een aandeel in de zuidelijker gelegen oliemolen "de Engel".

In 1691 verkochten de erfgenamen van Jan Maesz. Beeckman de helft van het Jonge Vool aan Pieter Dirksz. Ghijsen uit Zaandijk, die familie was van de bouwheer van de molen.

Op 14 juni 1727 trad Pieter Lubbertsz. Koopman toe tot het op die datum opgerichte olieslagerscontract voor ladingen. De molen zelf werd op 1 juni 1733 verzekerd.
Voor 1755 werd het oliewerk van het Jonge Vool veranderd in een dubbel werk.

In juni 1764 kwam het Jonge Vool in bezit van de Wormerveerder Vastert Vas, die aan het einde van zijn leven zo'n 18 molens binnen de Zaanstreek bezat. Na het overlijden van Vasterd Vas in 1808 erfde zijn zoon Jan de molen. Hij zou de molen tot 1825 in bedrijf houden.

Na zijn overlijden in dat jaar, kwam het Jonge Vool in bezit van zijn weduwe die de firma Vas & Compagnie oprichtte, waarvan ook Aaltje Vas uit Zaandam eigenaresse was. Albert Vas was de laatste Vas die het Jonge Vool bezat. In 1838 verkocht hij de molen aan Cornelis van der Stad uit Zaandam. Op 15 juli 1838 werd het Jonge Vool uitgeschreven bij het olieslagerscontact. Van der Stad liet de molen als pelmolen inrichten, waarbij een deel van het oliewerk intact bleef, vermoedelijk om nog af en toe koolzaad te slaan. Hoe dit allemaal in deze niet zo grote molen paste blijft een raadsel.

In 1854 verkocht Jan van der Stad de molen aan Pieter Couwenhoven, die ook al eigenaar was van de rijstpelmolen "de Witte Klok" te Zaandam. De firma Couwenhoven breidde in de loop der jaren haar molenbezit behoorlijk uit en hield de molens tot in de 20e eeuw nog in bedrijf.

Dhr. Neuhaus schrijft in zijn boekje "molens in de Zaanstreek in oude ansichten deel 2", de volgende gebeurtenis op: "In 1891 jubileerde Lambertus Koene. Hij was niet alleen vierendertig jaar in dienst van Pieterbaas Couwenhoven, maar werkte tevens vijfentwintig jaar als meesterknecht op 't Vool. Als dankbare herinnnering bood zijn patroon hem een prachtig remontoir met dito ketting aan".

In 1919 moest de Firma Couwenhoven het Jonge Vool verkopen. Hij zou hierna niet meer in bedrijf komen. Couwenhoven verkocht de molen aan de firma Bloemendaal & Laan die hem als opslagplaats ging gebruiken.
Boorsma schrijft in zijn boek "Zaansche windmolens", met een enigszins cynische ondertoon, de volgende wetenswaardigheid op: "De molen, niet groot van stuk en daarom meestal 't Vooltje genoemd, was bovendien laag van stelling, een omstandigheid welke in latere jaren, toen het verkeer steeds toenam en hoog opgeladen vrachtauto's meermalen den molen moesten passeeren, niet alleen denkbeeldige gevaren opleverde. Vandaar dan ook, de waarschuwing: "Past op de roeden!", geschilderd op een paar, aan het stellinghek bevestigde borden, welke daar ook tijdens den langdurigen stilstand van den molen, dienst bleven doen. Leek dat in den beginne wel wat overbodig, omdat het goed vastgezette kruis den weggebruikers geenerlei schade kon berokkenen, later kwamen de opschriften weer te pas, en wel omdat toen, tengevolge van verwaarloozing, af en toe stukken van het hekwerk der wieken naar "omlaag" kwamen."
De molen begon inderdaad met zijn hekwerk te strooien, zodat men op een gegeven moment de resterende hekkens afzaagde.

Op woensdag 19 augustus 1930 raakte het Jonge Vool in brand, vermoedelijk door vonken uit de schoorsteen van de zuidelijker gelegen olieslagerij "de Engel". De molen brandde geheel uit, maar stond nog overeind toen de brand geblust was. Ook zijn schuren bleven behouden. Omdat het verkoolde geraamte gevaar kon opleveren voor het passerende verkeer, werd besloten de molen omver te trekken, waardoor Wormerveer molenloos werd. De schuren van de molen bleven bestaan tot 11 mei 1943, toen ook die verbrandden.

Bronnen:
- "Zaanse molenbranden" R. Couwenhoven 2001
- "Duizend Zaanse molens" P. Boorsma 1968
- "Zaansche windmolens" P. Boorsma 1939
- "Molens in de zaanstreek in oude ansichten deel 2" T. Neuhaus 1987
- "Gedenkboek van het olieslagerscontract" 1912.
F. Rol.

aanvullingen

trivia
Pel- en Oliemolen "het Jonge Vool", achtkante bovenkruier met schuren, te Wormerveer aan weg en Zaan, iets ten noorden van de grens met Zaandijk. Tussen de oliemolens "het Witte Paard" en "de Engel".
Bouwjaar 1649, verbrand in 1930.

Een "vool" is een Zaanse benaming voor een veulen.
-----

Middelburgsche Courant, 20 aug. 1930:
"Te Wormerveer is Dinsdagmiddag, zooals gemeld de molen "'t Vool" aan den Zaandijkerweg afgebrand. Van den molen bleven slechts muurbrokken staan. Deze boden groot gevaar voor de omgeving en men zag zich genoodzaakt ze om te trekken. De molen was niet meer in gebruikt, en diende als pakhuis voor oude materialen. De oorzaak van den brand moet worde gezocht in het overspringen van vonken van een schoorstee eener naastgelegen woning waardoor de rieten bedekking van den molen vlam vatte. De schade wordt door verzekering gedekt. De molen was in 1680 gebouwd, oorspronkelijk werd hij gebruikt als rijstpelmolen. dit was de laatste molen in Wormerveer, er ging dus een stuk van historische en monumentale waarde verloren."