Molen Rijnsaterwoudse Polder (3e) / de Woudsche Molen, Rijnsaterwoude

geschiedenis

toestand

verdwenen

bouwjaar

1822

circa

verdwenen

circa 1934

1923 onttakeld 1933 - 1934 afgebroken

voorganger

Rijnsaterwoude (Rijnsaterwoudse Polder (2e))

geschiedenis

De polder ( 41ha) wordt begrensd ten westen door het Braasemermeer, ten zuiden door de Leidse Vaart, ten oosten door de Heerenweg, en ten noorden door de kern van Rijnsaterwoude. De molen stond daar waar de Leidse Vaart in de Braasem uitmondt.

Naar het schijnt kwam de vijzelmolen gereed in 1822, volgens overlevering stond dit jaartal op de baard. De bouwer is niet bekend, maar was waarschijnlijk Willem Timmers van Oude Wetering. De eerste molenaar was A. Roosing.

De vijzel met een middellijn van 1,14 m, die onder een helling van 25 graden lag, had een spoed in de draad à 1,35 , de opvoerhoogte bedroeg ca. 4,50 m. De molen had tamelijk hoge verldmuren en was zeer sterk volgens de molenaars Kraan van de Geestmolen (Tenbruggencatenummer 01003), die de molen in het laatst van zijn bestaan af en toe in dagloon bemaalden.

Rijnwoude, 23 mei 1923:
"MOLENAFBRAAK Te koop, bestaande in een partij zwaar en licht eiken en grenen hout, latten, schroten en BRANDHOUT. Te zien en te bevragen aan de gesloopte molen te Rijnzaterswoude. Adres: M. Breedveld."

Begin maart 1827 liep de taats heet, maar molenaar Roosing kon brand voorkomen. Molenmaker Timmers rekende ƒ 181,30 voor de drie weken durende reparatie: ondermeer aanlassen van de spil, nieuwe bovenschijfloop, ijzerbalk, poortstokken, wiggen en woutermannen, almede ƒ 50,50 voor twee smeden en ƒ 25 voor de molenaar. De schade werd bijna geheel vergoed door de "Brandwaarborgmaatschappij enkel voor Poldermolens", A.J. Heijstek te Amsterdam.

De laatste molenaars waren Van Gorcum en Schellingerhout. Bij de molen heeft een zomerhuis gestaan, er lagen buitendijks enige moestuintjes. Van dit alles is thans niets meer te bespeuren. Omstreeks 1932 werd in de NO hoek van de polder een elektrisch gemaal gebouwd. De molenromp heeft daarna na nog korte tijd als woning gediend, in 1933 of 1934 werd hij geheel gesloopt.

Bronnen:
- "Klapwaker", Stichting Oud Leimuiden-Rijnsaterwoude 1983.
- "De Polders in Rijnland", Jhr. L.F. Teixeira De Mattos, 1906. Via Paul Knelange.
- "De polders van Rijnsaterwoude", artikel door Jan Lunenburg in jaarboekje Rijnlandse Molenstichting 1983. Met dank aan H. van der Kaay.

nog waarneembaar