Molen van Vorden / Olde Kaste, Vorden

Vorden, Gelderland
v

korte karakteristiek

naam
Molen van Vorden / Olde Kaste
modeltype
Standerdmolen
functie
korenmolen
bouwjaar
verdwenen
toestand
verdwenen
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt  
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt
Ten Bruggencate-nr.
00910
oude dbnr.
V1279
Meest recente aanpassing
media-bestand
Molen 00910 Molen van Vorden / Olde Kaste (Vorden)
Foto: n.n. (coll. V. Mepschen)

locatie

plaats
Vorden
gemeente
Bronckhorst, Gelderland
streek
Achterhoek en Liemers
kadastrale aanduiding 1811-1832
Vorden K (2) 845 Arend Baron van der Borch
geo positie
X: 218617, Y: 457793
N: 52.10472, O: 6.31578

constructie

modeltype
Standerdmolen
krachtbron
wind
functie
romp
open voet
plaats bediening
plaats kruiwerk
middenkruier
kruiwerk
zetelkruier
afbeelding van onze ondersteuners

geschiedenis

toestand
verdwenen
bouwjaar
verdwenen
gesloopt
geschiedenis
De VVV had het geld niet om de molen te laten opknappen. G.J. Lankkamp uit Bathmen maakte op 6 maart 1930 waarschijnlijk één van de laatste foto's van de molen. De molen verkeerde in vervallen staat. De roeden waren op dat moment al verwijderd en naast de molen gelegd. Niet lang daarna werd de molen geheel afgebroken.
Rob Pols.
-----

Van de molenaars uit de oude tijd is weinig bekend: zij zullen eerst wel in dienst zijn geweest van de heren van Vorden en pas later zelfstandige ondernemers zijn geworden.
Wel bekend is dat laastse molenaar Gerrit Jan Klein Lebbink heette, hij nam de molen in 1910 over van Hermanus Oldenampsen, die ook in de jaren 1891, 1886 en 1881 als eigenaar staat vermeld. In 1876 wordt Gr. Oldenampsen als zodanig genoemd. De molen bevond zich nog een fraai houtsnijwerk met de naam Hendrik Jan de Wilde molenaar en het jaartal 1840. Eigenaar of pachters daarvóór zijn niet bekend.

De genoemde Gerrit Jan Klein Lebbink heeft de molen in bedrijf gehouden tot na de eerste wereldoorlog. Voor het malen van een zak graan rekende hij een kwartje. Bij goede wind kon hij vier a vijf zakken graan per uur malen een beurde daarvoor dus ƒ 1,25.

In 1915 kwam er een motor voor het malen van meel. Daarna ging het bergaf met de windmolen; eind 1920 maalde Klein Lebbing voor het laatst met "de Kaste".

De molen werd daarna, in 1922, gekocht door de plaastselijke VVV in een laatse poging deze in stand te houden. Dat is niet gelukt en ten slotte werd de molen voor afbraak, voor ƒ 75 verkocht aan molenmaker G. ten Have, die het bouwwerk in 1930 sloopte. Één wiek ging naar naar de molen in Bronkhorst en één wiek ging naar de molen in Gorssel terwijl één steen (de loper) in Diepenheim terecht kwam.

Van molenaar Klein Lebbink is nog bekend dat hij, evenals vele van zijn collega's, gedurende de eerste wereldoorlog wel klandestien maalde voor vrienden en bekenden. Met een bewoner van een huis op enige afstand was dan een afspraak gemaakt dat een luik gesloten werd als de controleur er aan kwam. Die vond dan niets ongeoorloofds; wellicht was dat ook hetgeen hij graag wilde!

Bron: J. v.d. Broek - Vrienden van de Gelderse Molen.

aanvullingen

trivia
De molen had drie zolders, lage penanten en een gebogen staart. De molen was sober van uitvoering. Eigendom Ver. voor Vreemd. Verkeer.
-----

De genoemde Ten Have stamde uit een bekende molenmakersfamilie in Aalten. Hij was in 1914 in Vorden komen wonen en werken, eerst aan de Zutphense weg. In 1920 verhuisde hij met zijn gezin naar de Stationsweg; toevallig op de plek waar "de Stenderkaste" gestaan had. Ten Have was onder andere de uitvinder van de Ten-Have-wieken, die zelfremmend zijn en daarom veiliger dan zijn voorgangers.
-----

De molen verkeerde in 1920 in het laatste jaar van zijn bedrijvig bestaan.
Vermoedelijk een inwoner van Vorden of de directe omgeving daarvan schreef over de drie eeuwen van het bestaan van de molen en de dreigende bijl “van den slooper” een gedicht dat in 1920 in de Vordense Krant stond. Dit gedicht stond ook in De Molenaar 1976 (15) 14 april, op blz. 442, en werd ingezonden door molenmaker G.J. ten Have, vermoedelijk uit Vorden afkomstig maar destijds wonend te Aalten.
Geert L. Nienhuis, 27 mei 2018.