Molen Grosmolen, Hoogmade

Hoogmade, Zuid-Holland
b

korte karakteristiek

naam
Grosmolen
modeltype
Wipmolen, grondzeiler
functie
poldermolen
bouwjaar
bedrijfsvaardigheid
Maalvaardig
bestemming

Bemalen van de Grospolder, thans op vrijwillige basis

adres
Doespolderweg 4
2355 CP Hoogmade
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt  
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt
Ten Bruggencate-nr.
02492
oude dbnr.
B992
Meest recente aanpassing
| Foto
media-bestand
Molen 02492 Grosmolen (Hoogmade)

Leo Middelkoop (17-03-2024) 
De molen met het spleetwiek-systeem zoals dat sinds kort weer aanwezig is.

locatie

plaats
Hoogmade
gemeente
Kaag en Braassem, Zuid-Holland
kadastrale aanduiding
Gemeente Woubrugge, sectie A, nr. 823
geo positie
X: 99564, Y: 464213
N: 52.16330, O: 4.57698
biotoopwaarde
5 (goed)
landschappelijke waarde
Zeer groot; domineert ook de rondweg bij Hoogmade in sterke mate.

contact en bezoek

bezoek/postadres
Doespolderweg 4
2355 CP Hoogmade
molenaar
Arthur Schoof / Ed van Diest
telefoon
06-22015110 / 06-54666644
e-mail

website
social media
open voor publiek
ja
open op zaterdag
nee
open op zondag
nee
op afspraak
ja
openingstijden

Als de molen draait en op afspraak

toegangsprijzen
winkelinformatie
meelverkoop
nee
museuminformatie
gericht op scholen
nee
bijzonderheden
fietsroute
fietsroute in de buurt van Grosmolen via fietsnetwerk.nl

constructie

modeltype
Wipmolen, grondzeiler
krachtbron
wind
functie
romp
Ondertoren, gedekt met riet, op gemetselde muren van 0,20 m. hoog.
kap
Bovenhuis rood geverfd, wit afgebiesd; kap gedekt met geteerde houten delen.
inrichting

Halfgesloten ijzeren scheprad, Ø 4,60 m.; breed 0,25 m. buiten de molen.

plaats bediening
grondzeiler
plaats kruiwerk
middenkruier
kruiwerk
Zetelkruiwerk. Kruirad.
vlucht
15,60 / 15,55 m.
vang
Vlaamse vang; 5 scharnierende stukken. Vangbalk met haak; vangstok.
overbrenging

Bovenwiel 37 kammen
Bovenschijfloop 23 staven, steek 14,0 cm.
Onderschijfloop 19 staven
Onderwiel 60 kammen, steek 12,3 cm.
Overbrengingsverhouding 1,96 : 1

hoogte
wiekvorm
Spleetwiek volgens Dekker op beide roeden
Kantel uw mobiel om de tabellen helemaal te zien
wiekenkruis
fabrikant roenummer positie bouw fabricagejaar jaar gestoken positie jaar verdwenen lengte
Straathof ✉︎ 75 buiten 1993 1993 buiten aanw. 15,60
Straathof ✉︎ 32 binnen 1986 1986 binnen aanw. 15,55
Waasdorp ✉︎ g.n. binnen 1953 1953 binnen 1986 15,50
Pot ✉︎ ? buiten ? buiten 1993 15,50
wiekverbeteringen

Van 1953 tot de grote restauratie van 1966/'67 had deze molen op de binnenroede het systeem Fauël (fokwieken) zij het dat dit deels met windborden was dichtgetimmerd. Dit is in 1967 weer gewijzigd in Oud-Hollands.
Na de eind 2023 gestarte restauratie heeft deze molen op beide roeden 'spleetwieken' gekregen, waarmee een interessant en ooit omstreden wieksysteem terugkeerde (zie ook 'Geschiedenis'). 

bovenas
fabrikant asnummer fabricagejaar jaar gestoken jaar verdwenen lengte
Kon.Ned.Grofsmederij ✉︎ ? ? aanw.
afbeelding van onze ondersteuners

geschiedenis

toestand
werkend
bouwjaar
bedrijfsvaardigheid
Maalvaardig
bestemming

Bemalen van de Grospolder, thans op vrijwillige basis

omwentelingen
eigendomshistorie

In 1961 werd de Rijnlandse Molenstichting eigenaar; daarvoor was dit steeds de Voorofse (=Gros)polder.

geschiedenis

Deze molen is gebouwd in 1640, ter vervanging van een wipmolen die in 1632 nieuw was gebouwd of van een andere plek in de polder kwam, maar - vermoedelijk door zware storm - deels moet zijn verwoest. De polder zelf was al in 1570 gesticht.

Op 3 september 1945 brak hier een dijk door, waardoor de gehele Voorofsche polder onder water kwam te staan. Oorzaak is vermoedelijk de hoge boezemstand in combinatie met de als gevolg van de oorlog niet goed onderhouden dijk geweest.

In 1953 onderging de molen flink herstel, zeker voor die tijd: een nieuwe binnenroede mét fokwieken. Evenwel tonen foto's van iets later dat die fokken dichtgetimmerd zijn met windborden, waardoor het lijkt alsof het om de toentertijd omstreden 'spleetwiek' ging. Het was namelijk een inbreuk op het octrooi dat Ir. Fauël had op de door hem uitgevonden fokwiek.
Merkwaardig is echter dat, gezien de correspondentie uit die tijd (te lezen bij Allemolens) ir. Fauël bij de herstelbeurt aan deze molen betrokken was. Waarom waren in dat geval die fokken niet open? 

Hoe dan ook: lang heeft de molen niet van die extra capaciteit geprofiteerd: in 1956 kwam de windkracht buiten gebruik en eenmaal stilstaand raakte de toestand snel achterop. 
Nadat de Rijnlandse molenstichting in 1961 eigenaar was geworden, volgde er in 1966/'67 een flinke restauratie. De fokken op de binnenroede kwamen weer te vervallen: er kwamen normale Oud-Hollandse windborden. 

Het voortdurende dalen van het peil van de Voorofsche polder heeft deze molen danig parten gespeeld: het scheprad had al in de jaren '80 vrijwel geen tasting meer, bovendien was het afschot van dat rad veel te vlak om nog water op te kunnen voeren. Na wat kunstgrepen bleek het evenwel mogelijk om toch water op te voeren en uit te malen.

In 1994 kreeg de molen een nieuwe buitenroede en de toren nieuw riet.
In het late voorjaar van 2016 werd de molen opgeknapt en stond daartoe enige tijd in de steigers: voornaamste doel was het weer waterdicht maken van het bovenhuis. Datzelfde jaar heeft men, vanwege de matige staat van de waterlopen, besloten het scheprad uit het werk te zetten. De molen draaide nog wel zeer geregeld maar malen was tijdelijk dus niet mogelijk. 

Eind 2018 kon de molen weer malen: Verbij had de waterlopen grondig hersteld en daarbij keerde ook de vroegere houten sprenkelstraat terug. 

In het late najaar van 2023 onderging deze molen wederom grondig herstel: de ondertoren werd wederom met nieuw riet gedekt en beide roeden gestreken om te worden nagekeken. Eind december toonde de ondertoren weer nieuw riet en in januari 2024 keerden beide gerepareerde roeden terug.
Zeer opmerkelijk bij deze herstelbeurt is de terugkeer van de (al eerder genoemde) 'spleetwiek'. Indertijd was dit systeem, geïntroduceerd door molenmaker A.J. Dekker, op meerdere molens in Rijnland toegepast, wat toen moeilijkheden veroorzaakte. Het vormde namelijk een inbreuk op het octrooi van Ir. P.L. Fauël, de man die rond 1946 de eerste fokwiek in Nederland introduceerde. Als gevolg werd de 'spleetwiek' óf vaak vervangen door echte fokken of werd dat weer gewijzigd in Oud-Hollands. 

Nog een technisch detail: 
Opmerkelijk hier is de bovenas, duidelijk wat groot voor deze kleine molen en daarom zo goed als zeker tweedehands. Om de roeden in het midden van de ashuizen te kunnen houden zijn extra vulhouten aangebracht.

Molenaars op deze molen
A. van der Pouw Kraan (rond 1914)
Arie van der Ploeg (ca. 1920) 
J. van Goozen (na 1920). 

aanvullingen

toelichting naam

Deze molen wordt vernoemd naar de polder die hij kan bemalen.

foto's

foto's