Molen Westuit No. 7 / Koggemolen, Aartswoud

Aartswoud, Noord-Holland
b

korte karakteristiek

naam
Westuit No. 7 / Koggemolen
modeltype
Kantige molen, grondzeiler
functie
poldermolen
bouwjaar
herbouwd
1997
bedrijfsvaardigheid
Maalvaardig in circuit
bestemming

Vh. bemalen van het Waterschap De Vier Noorder Koggen, thans buiten bedrijf; woning

adres
Kolkweg 2
1719 NL Aartswoud
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt  
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt
Ten Bruggencate-nr.
00777 b
oude dbnr.
B623
Meest recente aanpassing
| Constructie
media-bestand
Molen 00777 b Westuit No. 7 / Koggemolen (Aartswoud)
Rob Pols (22-11-2009)

locatie

plaats
Aartswoud
gemeente
Opmeer, Noord-Holland
kadastrale aanduiding
Gemeente Opmeer, sectie O, nr. 1509
geo positie
X: 127049, Y: 529244
N: 52.74982, O: 4.97324
biotoopwaarde
3 (matig)
landschappelijke waarde
Groot maar wordt verminderd door beplantingen

contact en bezoek

bezoek/postadres
Kolkweg 2
1719 NL Aartswoud
molenaar
Jaap Grin
telefoon
0223-523919
website
social media
open voor publiek
nee
gericht op scholen
nee
bijzonderheden
fietsroute
fietsroute in de buurt van Westuit No. 7 / Koggemolen via fietsnetwerk.nl

constructie

modeltype
Kantige molen, grondzeiler
krachtbron
wind
functie
romp
Eiken achtkant, gedekt met riet, op lage voet. De onderste ca. 2 meter gedekt met groen geverfde gepotdekselde planken.
kap
Gedekt met riet
inrichting

Houten vijzel (gegevens verder nog niet bekend).
Woning in de molen

versieringen

Eenvoudige baard, donkergroen geverfd, met het opschrift "Westuit No. 7".

plaats bediening
grondzeiler
bediening kruiwerk
binnenkruier
plaats kruiwerk
bovenkruier
kruiwerk
Rollenkruiwerk; 59 ijzeren rollen. Binnenkruirad.
vlucht
23,40 m.
vang
Vlaamse vang; 5 vaste stukken. Vangbalk met duim; vangstok. Pal.
overbrenging

Onvoldoende gegevens bekend

hoogte
wiekvorm
Oud-Hollands
Kantel uw mobiel om de tabellen helemaal te zien
wiekenkruis
fabrikant roenummer positie bouw fabricagejaar jaar gestoken positie jaar verdwenen lengte
Buurma/Naaijer ✉︎ 330 buiten 1997 buiten aanw. 23,40
Buurma/Naaijer ✉︎ 331 binnen 1997 binnen aanw. 23,40
wiekverbeteringen

Deze molen heeft nooit een wiekverbetering ondergaan.

bovenas
fabrikant asnummer fabricagejaar jaar gestoken jaar verdwenen lengte
De Prins van Oranje ✉︎ 948 1875 1997 aanw.
afbeelding van onze ondersteuners

geschiedenis

toestand
werkend
bouwjaar
circa
bedrijfsvaardigheid
Maalvaardig in circuit
bestemming

Vh. bemalen van het Waterschap De Vier Noorder Koggen, thans buiten bedrijf; woning

omwentelingen
geschiedenis

Dit is mogelijk de oudste nog bestaande molen van Noord-Holland. Na archiefonderzoek, in combinatie met bouwsporen en dendrochronologisch onderzoek (2010) is door Gijs van Reeuwijk vastgesteld dat het hout dat voor het achtkant werd gebruikt, rond 1541 gekapt moet zijn.
Met nog 24 andere molens bemaalde de Westuit No. 7 voorheen het ca. 13.524 ha grote Waterschap De Vier Noorder Koggen op de voormalige Zuiderzee.

Vanouds verliep de afwatering van het ambacht van De Vier Noorder Koggen op natuurlijke wijze via uitwateringssluizen op de Zuiderzee. In het begin van de 16de eeuw werd de windbemaling hier ingevoerd door het dorp Benningbroek, nadat dit eerst zijn gebied had afgescheiden door kaden.
Toen Midwoud dit voorbeeld wilde volgen, kwamen de overige dorpen van het ambacht met de stad Medemblik hiertegen in verzet. Na een proces voor het Hof van Holland kwam op 21 april 1537 een accoord tussen de partijen tot stand, de Molenakte der Vier Noorder Koggen, waarbij in beginsel onder andere besloten werd dat Medemblik en omliggende dorpen waterstaatkundig verenigd zouden blijven en onder een gemeenschappelijke bemaling moesten worden gebracht.
Voorlopig zouden zeven molens worden gebouwd maar al in 1546 werd besloten tot de bouw van nog vier molens, althans: er bleken in 1552 vijf molens aanwezig - twee te Hauwert, twee op het Bennemeer en een te Midwoud - en die presteerden kennelijk onvoldoende. In mei 1552 werd besloten ze naar de Zeedijk te verplaatsen. In of kort voor 1575 stonden er langs de Zeedijk tussen Aartswoud en de Voet bij Medemblik tien molens.
De ongelijke hoogteligging van het onder één bemaling gelegen gebied beeft nog tot in de eerste helft van de 17de eeuw tot processen over vergroting van het aantal molens en verplaatsing ervan aanleiding gegeven. 
Omstreeks 1825 werd het waterschap door vijfentwintig achtkante molens bemalen: even bezuiden Medemblik stonden vijftien molens waarvan er enkele voorzien waren van twee op verschillende peilen gestelde schepraderen, om bij hoge zeestanden als bovenmolens en tweede trap van de bemaling te kunnen functioneren. Langs de Zeedijk aan de noordrand van de polder stonden tien molens: zowel bij Koppershorn als bij Lambertschaag waren er drie, die via een boezem en uitwateringssluis op de Zuiderzee uitmaalden en een soortgelijke groep van vier stond nabij Aartswoud. Op een kaart uit 1575 staan hier al drie molens en een sluis aangegeven. Naar alle waarschijnlijkheid maalden ze toen al uit op een gemeenschappelijke kolk.
Bij Aartswoud werd net als bij de andere kolken éénhoog gemalen. De molen bij Aartswoud maalde het water tot 1641 in de kolk van Dussen, hiervandaan ging het water richting de sluis van Lambertschaag. Dit verklaart ook waarom de huidige waterlopen door de valse velden zijn aangebracht. De richting van de waterlopen van het oude scheprad was anders dan de richting van de waterlopen na de vervijzeling.
In 1863 waren alle molens van bet waterschap al vervijzeld. Hierbij zal tevens het eerdergenoemde tweehoog malen zijn vervallen. Enkele jaren later werd besloten de bemaling te verbeteren, door even bezuiden Medemblik een hulpstoomgemaal te bouwen. Het gemaal waaraan men in 1868 was begonnen, werd voorzien van twee vijzels en twee schepraderen. Met de vijzels kon in windstille tijden direct uit de polder via de boezem op zee worden gemalen. Met de schepraderen kon de door de molens volgemalen boezem bij een hoge buitenwaterstand op zee worden afgemalen. In dat geval functioneerde het als bovengemaal en dus als tweede bemalingstrap.

In 1897 zijn de vijzels en schepraderen vervangen door centrifugaalpompen en is de functie van bovengemaal vervallen. Met de vervanging van de stoommachines door een zuiggasmotor in 1908 viel ook het besluit om de gehele windbemaling af te schaffen. Vooruitlopend hierop was in 1907 al een bod van ƒ 900,-- per stuk geaccepteerd op twee molens aan de kolk te Aartswoud en in het daaropvolgende jaar werden er twintig voor ƒ 500,-- per stuk verkocht aan J. de Boer te Oostzaan en A. Droog te Kolhorn. 

Van de drie molens bij Aartswoud stonden werd er na 1908 één geheel gesloopt. De beide anderen bleven, onttakeld, als woning in gebruik en één ervan werd later alsnog afgebroken. Er bleef dus één molen over: die kennen wij inmiddels als de Westuit No. 7, kortweg Westuit 7. 
Na jaren als woning te hebben gediend (waarbij de staat van onderhoud steeds zeer behoorlijk was), ontwikkelde men rond 1990 plannen om deze molen in ere te herstellen. 
In 1997 kreeg dit zijn beslag. Vooralsnog kon de molen alleen draaien. In 2009 is het binnenwerk gecompleteerd en werd een nieuwe houten vijzel aangebracht. De molen is maalvaardig, maar kan alleen in circuit malen.

De bovenas is afkomstig uit de in 1968 gesloopte molen C van de polder Zijpe. Na afbraak werd deze molen in 1971 herbouwd nabij Abcoude (Utr.) en diende daar als omhulsel voor een restaurant, genaamd 'Eilinzon' (later 'De Groene Pauw'). Aldaar verbrandde die molen op 28 juni 1981. De bovenas overleefde dit alles en verhuisde vervolgens terug naar Noord-Holland om pas in 1997 weer een bestemming te krijgen in deze molen. Deze bovenas dient dus nu zijn derde molen.

aanvullingen

toelichting naam

De naam "Westuit No. 7" (Westuit 7) is gegeven ter onderscheiding van de (ooit) talrijke molens met dezelfde functie in die omgeving.

foto's

foto's