Molen Middenmolen (van de Driemanspolder), Leidschendam

Leidschendam, Zuid-Holland
b

korte karakteristiek

naam
Middenmolen (van de Driemanspolder)
modeltype
Kantige molen, grondzeiler
functie
poldermolen
bouwjaar
bedrijfsvaardigheid
Maalvaardig
bestemming

Bemalen van de Nieuwe Driemanspolder (2e trap), thans op vrijwillige basis; woning

adres
Stompwijkseweg 26
2266 GE Leidschendam
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt  
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt
Ten Bruggencate-nr.
00966
oude dbnr.
B1042
Meest recente aanpassing
| Geschiedenis
media-bestand
Molen 00966 Middenmolen (van de Driemanspolder) (Leidschendam)
Piet Glasbergen (22-3-2022)

locatie

plaats
Leidschendam
gemeente
Leidschendam-Voorburg, Zuid-Holland
plaats(en) voorheen
Stompwijk
streek
Haaglanden
kadastrale aanduiding
Gemeente Stompwijk, sectie D, nr. 1569
geo positie
X: 88739, Y: 454889
N: 52.07831, O: 4.42061
biotoopwaarde
5 (goed)
landschappelijke waarde
Zeer groot

contact en bezoek

bezoek/postadres
Stompwijkseweg 26
2266 GE Leidschendam
molenaar
Fokko Kolman
telefoon
070-3202583
e-mail

website
social media
open voor publiek
nee
gericht op scholen
nee
bijzonderheden
fietsroute
fietsroute in de buurt van Middenmolen (van de Driemanspolder) via fietsnetwerk.nl

constructie

modeltype
Kantige molen, grondzeiler
krachtbron
wind
kenmerken
functie
romp
Eiken achtkant, gedekt met riet, op gemetselde voet van 1 m.
kap
Gedekt met riet
inrichting

IJzeren scheprad, Ø 6,50 m.; breed 0,46 m. onderin de molen. Woning in de molen.

versieringen

Eenvoudige baard, groen geverfd, wit afgebiesd, met het wapen van Zuid-Holland in het midden en het opschrift 'Anno 1672'.

Eenvoudige achterbaard, donkergroen geverfd, wit afgebiesd.

De sluitsteen in de toog van de achterwaterloop bevat het jaartal ‘1858’.

plaats bediening
grondzeiler
bediening kruiwerk
buitenkruier
plaats kruiwerk
bovenkruier
kruiwerk
Rollenkruiwerk; 48 ijzeren rollen. Kruirad met lage bank.
vlucht
28,40 / 28,55 m.
vang
Vlaamse vang; 4 scharnierende stukken. Vangbalk met haak; vangstok. Kneppel.
overbrenging

Bovenwiel 69 kammen
Bovenschijfloop 40 staven, steek 13,0 cm.
Onderschijfloop 24 staven
Onderwiel 87 kammen, steek 16,8 cm.
Overbrengingsverhouding 2,10 : 1

hoogte
wiekvorm
Systeem Fauël met steekborden op beide roeden
Kantel uw mobiel om de tabellen helemaal te zien
wiekenkruis
fabrikant roenummer positie bouw fabricagejaar jaar gestoken positie jaar verdwenen lengte
Straathof ✉︎ 137 binnen 1999 1999 binnen aanw. 28,40
Straathof ✉︎ 138 buiten 1999 1999 buiten aanw. 28,55
Pot ✉︎ 1754 binnen 1896 1936 binnen 1999 28,60
Pot ✉︎ 1755 buiten 1896 1936 buiten 1999 28,60
Pot ✉︎ 2139 binnen 1909 1910 binnen 1935 28,00
Pot ✉︎ 875 buiten 1875c 1892 buiten 1936? 28,00
Pannevis ✉︎ g.n. binnen ? 1892 binnen 1909 28,00
wiekverbeteringen

Vanaf 1935 was deze molen, met zijn buurmolens, voorzien van het systeem Dekker.
In 1959 werd op beide roeden het systeem Fauël (fokwieken) aangebracht en dat is sindsdien zo gebleven. Later kregen deze fokken ook steekborden.

bovenas
fabrikant asnummer fabricagejaar jaar gestoken jaar verdwenen lengte
De Prins van Oranje ✉︎ 405 1866 1866 aanw. 04,30
wateras
fabrikant asnummer fabricagejaar jaar gestoken jaar verdwenen lengte
De Prins van Oranje ✉︎ 828 1872 1872 aanw.
afbeelding van onze ondersteuners

geschiedenis

toestand
werkend
bouwjaar
bedrijfsvaardigheid
Maalvaardig
bestemming

Bemalen van de Nieuwe Driemanspolder (2e trap), thans op vrijwillige basis; woning

omwentelingen
eigendomshistorie

De Rijnlandse Molenstichting is eigenaar sinds december 2023, daarvoor was dat de provincie Zuid-Holland sinds 1958; daarvoor de Driemanspolder.

geschiedenis

De molen maakt als middenmolen deel uit van de molendriegang van de Nieuwe Driemanspolder (ca. 975 ha, opvoerhoogte tweede bemalingstrap 1,35 m.). De Nieuwe Driemanspolder ontstond op 1 januari 1976 als uitvloeisel van het inrichten van een waterbeheersplan voor de Driemanspolder en de Nieuwe Polder. De polder werd op 1 januari 1979 bestuurlijk opgenomen in het waterschap De Ommedijck.

Tot december 1876 werd de Driemanspolder door twee molengangen bemalen: de zuidelijker gelegen driegang, ook wel Kostverlorengang genoemd, werd toen vervangen door een stoomgemaal. De noordelijke gang, de Kerklaangang, bleef in bedrijf en zo had de Driemanspolder een gecombineerde bemaling (met daarbij de windkracht als hoofdbemaling). 

In 1935 werd deze molen, tegelijk met de bovenmolen, voorzien van het systeem Dekker. Op 20 september dat jaar werden de molens bij een bulderende wind officieel in bedrijf gesteld (de Dekkerwieken waren die dag bepaald niet nodig en de genodigden waaiden min of meer weg...).
Slechts tien dagen later, 30 september, brak tijdens het malen hier de binnenroede en raakte de buitenroede daardoor ook beschadigd. Snel werden andere roeden aangekocht, zodat de stilstand beperkt bleef. 

Uiteindelijk kwam de molendriegang van Leidschendam op 1 januari 1952 buiten bedrijf. De toestand was op dat moment gewoon slecht: de molens hadden tijdens de oorlog zeer veel moeten geven (tot wel 1700 maaluren per jaar) en waren een beetje 'op'.

In 1958 volgde verkoop aan de provincie Zuid-Holland. In 1959 volgde restauratie waarbij de molens in perfecte staat werden gebracht volgens de toenmalige wet BWO (Bescherming Waterstaatswerken in Oorlogstoestand). Het was de tijd waarin met name Oost-Europa niet werd vertrouwd en de angst voor een nieuwe oorlog ervoor zorgde, dat molens, die in noodgevallen meerdere polders konden bemalen, op kosten van het rijk maalvaardig werden gehouden.
De molengang van Leidschendam kwam echter na 1959 nooit meer in bedrijf en bleef alleen reservebemaling. Gedraaid werd er maar zeer sporadisch. Pas in de loop van de jaren '70 kwam, mede onder invloed van de Nationale Molendag, er meer beweging in de driegang.

In 1999-2000 onderging deze molen een ingrijpende restauratie: nieuwe roeden + ophekking + fokken; windpeluw, koppen voeghouten aangelast met kunsthars, grote delen van de kuip en de rietplanken geheel nieuw, nieuwe schoepen op het scheprad; verder werd een storende lekkage in de boezem tussen middel- en bovenmolen (voorlopig) verholpen.

De in 1999 vervangen binnenroede, Pot nr. 1754 (1896), ligt sindsdien tussen de Boven- en Middelmolen in als souvenir. Deze was, tezamen met de vm. buitenroede (nr. 1755), afkomstig van de Dikke Molen te Zwammerdam. Deze molen was in 1933 onttakeld (maar werd in 1941 vanwege oorlogsomstandigheden weer maalvaardig gemaakt).

Deze molen staat, als enige van deze driegang, duidelijk scheef. Lang geleden is de rolvloer al aangepast om het kruien niet verder te bemoeilijken. Bij de werkzaamheden van 1999 is wederom de kruivloer aangepast. In 2013 kreeg deze molen, als laatste van de driegang, ijzeren rollen, zodat het kruien nu duidelijk gemakkelijker gaat.

In december 2013 is begonnen met herstel van de waterlopen en deze werden daarom zowel aan voor- als achterzijde tijdelijk afgedamd. Nadat in het najaar van 2014 met de werkzaamheden werd begonnen, kwam een grote tegenvaller aan het licht: de fundering bleek op sommige plaatsen slecht en deels zelfs verdwenen: de wielbak zweefde min of meer in de lucht. Ook werd een geïmproviseerde funderingspaal aangetroffen, een vermoedelijk uit de 19de eeuw daterende poging om het verzakken van de molen te stabiliseren. Deze paal stond de werkzaamheden van de 21ste eeuw behoorlijk in de weg en moest dan ook grotendeels worden verwijderd (uiteraard zonder de stabiliteit van de molen verder te ondermijnen!). In april 2016 was de fundering via pulspalen weer voldoende ondersteund en kon gesproken worden van een maalvaardige molen.

Scheprad en onderwiel bevinden zich grotendeels onder de molen in de zgn. 'hel'. De woning is bij deze molen, als enige van de driegang, verhoogd uitgevoerd en via buitentrappen toegankelijk. De overlevering, dat de molens van de Driemanspolder tot ca. 1800 niet bewoond zouden zijn geweest, lijkt toch niet te kloppen en is feitelijk ook niet logisch: een molen van een dergelijke grootte leent zich juist goed voor bewoning. 

Molenaars van deze molen:
Pieter van der Burg (? - 1892)
Arie de Groot (1892 - 1903)
Jacob van Wensveen (1903, tijdelijk. N.B. Van Wensveen was afkomstig van de Ondermolen)
Pieter van Elswijk (1903 - 1947). Hij bleef na pensionering in 1947 in (tijdelijke) dienst van de polder, in uurloon en met vrij wonen. Per 1-01-1952 werd door het polderbestuur zijn arbeidsovereenkomst opgezegd.

aanvullingen

toelichting naam

Deze molen wordt nooit anders aangeduid dan 'de middenmolen (van de Driemanspolder)'.

foto's

foto's